Fotocredits: Coco Olakunle
“Woorden werken als ingangen om onderdelen van de rouwervaring beter te kunnen begrijpen en plaatsen”
“Even voelen hoor.” De reactie van Babet te Winkel op de vraag of ze voor bepaalde situaties, gebeurtenissen of gevoelens nog op zoek is naar woorden, spreekt boekdelen. Rouw en taal zijn op verschillende manieren in elkaar verstrengeld. Een veel voorkomende reactie vanuit de omgeving van een rouwende is: ‘Ik weet niet wat de juiste woorden zijn, dus zei ik maar niets’ of ‘ik weet niet hoe ik erover moet beginnen’. Maak je zelf een rouwervaring mee, dan weet je soms ook niet wat je moet voelen en denken: ‘ik heb er de woorden niet voor’. Herkenbaar. Te Winkel besloot daarom het nog onbekende af te tasten en bundelde aanvullende rouwwoorden in haar boek Zien in het donker: een nieuwe taal voor rouw.
Langzaam wennen aan het donker
‘Heimloos’. ‘Hereindigen’. De ‘maantranen’. De weg naar haar boek Zien in het donker met woorden zoals deze, begon voor Te Winkel met het zoeken naar boeken over het verliezen van een ouder. Dit was 13 jaar geleden. Haar moeder leefde nog. Ziek was ze wel al. “Ik probeerde mij voor te bereiden. En vertrouwen te krijgen in dat ik het verlies ook aankon, door de ervaringen van andere jongeren te lezen. Die boeken kon ik echter niet vinden. Een paar maanden na haar overlijden besloot ik daarom zelf een boek te schrijven.”
Dit boek kwam er in 2023 en bevat nieuwe rouwwoorden, informatie en onderzoeken over rouw en de gelaagde titel Zien in het donker. Waarom is er voor deze titel gekozen? “Rouw is een fysieke, mysterieuze ervaring. Het is een ervaring die je hebt te ondergaan en die je moet aftasten. Net zoals je ogen langzaam wennen aan het donker: je zult je tempo moeten aanpassen en het zal donker blijven, maar na een tijdje kun je toch de contouren van de grond voor je gaan zien. Ondanks dat je de weg niet ziet, kom je toch weer in beweging. Stap voor stap. Het boek is een uitnodiging om aan de hand van taal naar je eigen ervaring te luisteren en er meer zicht op te krijgen. Tegelijkertijd kan rouw je een spiegel voorhouden en je kanten van jezelf laten zien die je mogelijk liever in de schaduw hield.”
“Het probleem is: dat waar we geen woorden voor hebben, dat ontglipt aan onze aandacht”
Woorden geven rouw bestaansrecht
Te Winkel onderschrijft dat taal binnen rouw een belangrijke rol inneemt. Hierin onderscheidt ze twee vormen: de taal die naar buiten werkt en de taal die naar binnen werkt. Met de taal naar buiten verwijst ze naar hoe we in onze maatschappij over rouw praten. “In onze maatschappij missen we de woorden om over rouw te praten en hebben we het er niet standaard over, terwijl het wel gewoon onderdeel is van het leven. Het wordt vermeden omdat het pijnlijk is. Het probleem is: dat waar we geen woorden voor hebben, dat ontglipt aan onze aandacht. Rouw doet ertoe. Daarom hebben we woorden, rituelen en symbolen nodig, zodat rouw in de maatschappij de ruimte krijgt die het verdient en het bestaansrecht ervan wordt erkend.”
Daarnaast gebruiken we taal voor de innerlijke ervaring. Een verlieservaring schudt je wereld door elkaar. Het zadelt je vervolgens op met het werk om voor alles weer een nieuw plekje te zoeken terwijl er puzzelstukjes missen. “Woorden werken als ingangen om onderdelen van de rouwervaring beter te kunnen begrijpen en plaatsen. Ze bieden de kans om te onderzoeken wat je meemaakt en verbinding te maken met je rouw: het gaat er daarom niet om dat je de ‘juiste woorden’ vindt, maar dat je de zoektocht start naar wat je hoofd én je lichaam je te vertellen hebben. Taal is hierin geen doel op zich, maar een medium om dat te vertalen.”
“Door naar de signalen in ons lichaam te luisteren en ze vervolgens te interpreteren via taal, krijgen we weer wat overzicht.”
Naar adem happen
Het gebeurt ook vaak dat ondanks dat je het probeert, je toch geen woorden kunt vinden die je helpen begrijpen wat je meemaakt. Dit kan zorgen voor onrust, frustratie of stress. Maar waarom eigenlijk? “We zijn verhalende wezens. Woorden geven ons de mogelijkheid om een situatie te overzien. Ze geven ons een gevoel van controle.”
Rouw valt te vergelijken met een stroomversnelling in een zwembad: wanneer je kopje ondergaat word je allerlei kanten opgetrokken en weet je niet meer wat boven en onder is. Daarna volgt de fysieke noodzaak om boven water naar adem te happen. Dit herijkpunt geeft je de mogelijkheid om je ervan bewust te worden waar je was, waar je nu bent en waar je naartoe gaat. Eerst leek het alsof het water je hele wereld was en dan komt de realisatie dat het maar een onderdeel ervan is. Zo kan rouw ook voelen: alsof het je hele leven meesleurt en opslokt. “We kunnen ons hierdoor hulpeloos voelen. Onveilig. Door naar de signalen in ons lichaam te luisteren en deze vervolgens te interpreteren via taal, krijgen we weer wat overzicht.”
Hoe je zelf passende woorden kunt vinden
Nieuwe woorden creëren. Voor de een voelt het als een leuke creatieve oefening, voor de ander als onbegonnen werk. Te Winkel pakt het als volgt aan:
- Luister naar je lichaam: heb je een knoop in je maag, kun je niet stil blijven zitten, word je wakker met gebalde vuisten? Sta bewust stil bij je hoofd én lijf en wat deze communiceren. Observeer die signalen.
- Koppel woorden aan de sensatie de je voelt.
- Pel vervolgens de lagen van de sensatie af door de woorden die niet helemaal passen weg te strepen.
- Het sensatiewoord dat overblijft kun je vervolgens koppelen aan een bestaand woord, waardoor je woordenschat wordt uitgebreid. Een voorbeeld hiervan uit ‘Zien in het donker’ is bijvoorbeeld ‘hereindigen’, dat een combinatie is van ‘eindigen’ en ‘herinneren’: “Dat herinneringen ‘herdacht’ moeten worden vanuit het bewustzijn dat iemand dood is. Er moet aan elke herinnering een einde worden toegevoegd. De mogelijkheid op ‘nog een keer’ is weg en dat geeft de herinnering een andere kleur.”
- Rouw is aan constante verandering onderhevig. Blijf daarom bij je lichaam inchecken of het woord nog past bij je ervaring. Misschien heb je wel weer behoefte aan een nieuw woord.