“Rouwen is moeilijk als je alleen bent. Niet per se zwaarder, maar het heeft extra lagen.”
De dood heeft zich door de jaren heen op verschillende manieren in Anja’s leven aangediend: plotseling, hevig en rauw bij het overlijden van haar broer, aangekondigd en milder bij de dood van haar ouders. Hoe je iemand verliest, heeft impact op het rouwproces, merkte Anja. “Maar het gemis blijft hetzelfde. Je moet verder leren leven zonder de ander.”
“Ik was 21 toen mijn broer verongelukte. Hij was 28, te jong om te sterven en ik was te jong om het verlies te dragen. Ik sprak er niet over. In die tijd was het niet gebruikelijk om je emoties te delen en ons gezin was daar geen uitzondering op. Ik ging door met mijn leven, met een gat in mijn hart. Omdat ik geen afscheid van hem had kunnen nemen, liep ik jarenlang rond met het idee dat hij ontvoerd was. Zijn ontvoerders zouden bellen, we zouden losgeld betalen en hij zou terugkomen, hoopte ik tevergeefs.
Ontworteld zonder ouders
Toen mijn ouders overleden, dacht ik beter voorbereid te zijn. Mijn vader en moeder, beiden in de tachtig, stierven na een ziekbed. Ik heb ze samen met mijn broers en zussen in hun laatste maanden verzorgd. Het klinkt vreemd, maar dat was een hele mooie tijd. We gaven liefde terug aan onze ouders, de band met mijn broers en zussen werd er sterker door en ik kon naar het afscheid toegroeien. Toen het moment daar was, werd ik er alsnog door verrast. Natuurlijk maakt het uit hoe je iemand verliest. Van mijn ouders had ik wel afscheid kunnen nemen. Maar het gemis blijft hetzelfde. Je moet verder leren leven zonder de ander. Ik voelde me ontworteld zonder ouders. Er liep nu geen lijntje meer naar boven en zonder partner en kinderen ook niet naar beneden. Ik zocht nieuwe grond onder mijn voeten en dat maakte het rouwproces heel zwaar. Te zwaar. Ik bleek nog steeds niet in staat om mijn emoties te uiten. Ik kropte alles op en belandde in een depressie.
Rouw vanaf de zijlijn
Dat rouw verschillende dimensies kent, merkte ik na het overlijden van een andere broer. We verloren hem op 63-jarige leeftijd na een kort ziekbed. Waar ik bij de begrafenis van mijn ouders nauw betrokken was, stond ik nu aan de zijlijn; zijn vrouw en kinderen regelden alles. Logisch natuurlijk, maar ook even slikken. Ik merkte dat rouw om een broer of zus eigenlijk onderbelicht is. Mensen vragen aan de partner, het kind, of de ouders hoe het gaat. Maar het verdriet dat ik als zus heb om mijn overleden broer, wordt vaak vergeten.
Littekens
Rouwen is moeilijk als je alleen bent. Niet per se zwaarder, maar het heeft extra lagen. Ik kom niet thuis bij een partner die naar mijn verhaal kan luisteren. Heb ik een luisterend oor nodig, dan moet ik de telefoon oppakken. Inmiddels heb ik dankzij een rouw- en verliescounselor geleerd om dichter bij mijn emoties te komen, ze te doorvoelen. Ik weet nu dat ik bij mijn familie en vrienden aan moet kloppen als ik het moeilijk heb. Want moeilijk heb ik het nog steeds. Verder leven met gemis is een dagelijkse uitdaging.
Het zijn littekens die de ene keer soepel meebewegen, en op andere momenten opengereten worden, waardoor de rouw weer heel rauw en pijnlijk is. De tijd heelt niet alle wonden. De tijd is nodig om je wond te verzorgen en te erkennen dat de wond er is.”
Ik word gegrepen bij dit verhaal. Ik heb al mijn 3 jongere broers de afgelopen 4 jaren verloren als gevolg van een genetische aandoening. Allen in de leeftijd tussen 50 en 60. Als enig broer ben ik niet de drager van deze genetische mutatie. Met zijn allen hadden we een hele goede band. Mijn verdriet zit heel diep. Ik heb ook het gevoel dat ik er niet goed met mensen over kan praten, omdat het “maar” broers zijn. Ik moet nu alleen verder. Ik vind het erg moeilijk om het levenspad weer terug te vinden en om weer een beetje geluk te vinden “een broer”