Het overlijden van een broer of zus – hoe nu verder?
Het verlies van een broer of zus kan niet alleen aanvoelen alsof je je verleden en je toekomst kwijtraakt, maar ook je eigen identiteit. Karen Castaño beschrijft in het artikel The grief of losing a sibling as an adult waar je zoal mee te maken kunt krijgen: rouwcompetitie tussen familieleden, hoe je leert leven met het schuldgevoel dat jij er nog wel bent en je zus of broer niet, hoe je met anderen kunt praten over het verlies en hoe je de herinneringen aan hem of haar levend houdt in je hart en in je gedachten.
Het schuldgevoel van de ‘achterblijver’
Het komt bij het overlijden van broers of zussen vaker voor dat de achtergebleven broer of zus vindt dat de wereld beter af is als hij of zij degene was geweest die er niet meer zou zijn. Als broer of zus kun je je ook schuldig voelen, bijvoorbeeld dat je het niet verdient om ergens van te genieten omdat je broer of zus er niet bij kan zijn.
Het is heel belangrijk om in te zien dat het niet jouw schuld is. Jezelf vergeven ook. Sta jezelf toe om juist van jezelf te houden en goed voor jezelf te zorgen in deze periode.
Wie ben jij nu?
Broers en zussen zijn vaak de leeftijdsgenoten die je het langst kent in je leven. Daardoor kun het gevoel hebben dat je een deel van je verleden en je identiteit bent kwijtraakt. Ook definiëren we onszelf vaak aan de hand van onze positie in de familie, maar door het wegvallen van een gezinslid kan die gezinsdynamiek veranderen.
Castaño geeft aan dat de wereld niet hetzelfde is na het verlies van haar zus. Maar tegelijkertijd is haar zus nooit weggeweest. Ze maakt nog steeds deel uit van haar verleden, heden en toekomst, alleen niet meer fysiek. Door rituelen en herinneringen blijft ze aanwezig.
Rouw van je ouders versus die van jou
Het verlies van een broer of zus kan invloed hebben op de relatie met je ouders. Misschien vind je het moeilijk om het verdriet van je ouders te zien. Uit loyaliteit en bezorgdheid zet je als kind soms je eigen verdriet opzij en heb je de neiging om ze te beschermen. En soms verwachten ouders dat ook van je, omdat ze het zelf zo zwaar hebben. Of er ontstaat een soort rouwcompetitie, omdat bij omstanders de focus vaak meer ligt op de ouders dan op de broers en zussen. ‘Je weet niet hoe moeilijk het is om een kind te verliezen’, hoor je vaak, alsof het minder heftig is als je een broer of zus verliest. Maar rouw is niet te vergelijken.
Het is goed om je grenzen aan te geven. Zoek uit hoe ver je bereid bent te gaan zonder je eigen geestelijke en fysieke gezondheid tekort te doen. Realiseer je dat je niet voor je ouders kunt rouwen en dat je het ook niet voor ze kunt fixen. En vind een ‘veilige’ manier om je verdriet te uiten.
Hulp vragen
Verdriet kan soms zomaar omhoog komen, ook al is je broer of zus er al jaren niet meer. Denk niet dat je hier alleen doorheen hoeft te gaan; laat de mensen om je heen weten wat je voelt. Praat met hen over je overleden broer of zus, of zoek desnoods professionele hulp. Aan een vreemde vertel je andere dingen dan aan iemand die dichtbij je staat.De herinnering levend houden
Veel mensen vinden het oncomfortabel om over overledenen te praten of vinden dat je er allang overheen zou moeten zijn. Maar het is juist belangrijk om het gewoon over je broer of zus te kunnen blijven hebben; zo blijft hij of zij juist een onderdeel van je leven. Je kunt bijvoorbeeld nieuwe mensen in je leven alsnog laten kennismaken met je broer of zus door over hem of haar te vertellen en foto’s te laten zien. Bedenk dat het eigenlijk niet aan jou is om bezorgd te zijn dat de ander zich er oncomfortabel bij voelt. Als jij het als iets vanzelfsprekends ziet, zul je merken dat anderen daar ook snel oké mee zijn.