Over afscheid nemen, rouwen en zelfzorg na zelfdoding
Als iemand overlijdt door zelfdoding, komt dat vaak als een grote schok voor de nabestaanden. Het plotselinge verlies kan de omgeving overvallen en veel vragen oproepen. Dit artikel probeert antwoord te geven op een groot aantal vragen en bespreekt de praktische zaken rondom afscheid nemen, rouwen en zelfzorg na zelfdoding.
Worstelen met vragen
Na een zelfdoding blijf je vaak met heel veel vragen achter. Je gaat bijvoorbeeld op zoek naar de precieze manier waarop de zelfdoding is gepleegd, de omstandigheden waarin deze plaatsvond en alle vragen die daarbij horen. Mogelijk krijg je daar nooit een volledig antwoord op, omdat je je nooit helemaal in de gedachten van je dierbare kunt verplaatsen. Toch is het heel normaal om hiernaar op zoek te gaan. Het is een natuurlijke reactie om alles te proberen te begrijpen. De manier waarop je dat doet, verschilt per persoon. Je kan erover praten met vrienden, familie en collega’s van je dierbare, verhalen lezen van andere nabestaanden, vragen stellen aan de huisarts, of zelfs de plaats bezoeken waar het gebeurde. Je kunt ook in gesprek gaan met de instanties waar je dierbare mogelijk in behandeling was, zodat jullie samen kunnen bespreken wat er allemaal speelde voorafgaand aan de zelfdoding, en het behandelproces kunnen doornemen. Voor hulpverleners is het overlijden van een patiënt of cliënt aangrijpend om mee te maken. Praten kan ook de hulpverleners helpen bij de verwerking.
Afscheid nemen
Afscheid nemen van een overledene kan in de meeste gevallen altijd. Vaak is een rouwbezoek vóór het vrijgeven van het lichaam niet mogelijk, omdat de politie bijvoorbeeld nog naar sporen zoekt. Na afronding van het onderzoek worden ook de eventuele verwondingen verzorgd. Soms is het lichaam aangetast. Een mortuariummedewerker en/of uitvaartverzorger bespreekt dan altijd met de nabestaanden wat de mogelijkheden zijn voor het restaureren van het lichaam of gezicht. Meestal kan het rouwbezoek en de opbaring dan toch plaatsvinden. Zelfs in situaties waarin dit misschien niet mogelijk lijkt.
Nabestaanden van een zelfdoding krijgen soms het advies hun overleden dierbare niet meer te zien. Meestal heeft dat te maken met de staat waarin het lichaam verkeert, zoals bij een zelfdoding op het spoor. Een dierbare niet meer kunnen zien kan het moeilijker maken om de werkelijkheid te aanvaarden.
Het lichaam van je naaste, of bijvoorbeeld een lok haar, een laatste keer kunnen zien is een belangrijk onderdeel van de rouwverwerking. Zeker bij een overlijden zoals een zelfdoding. Sta daarom voldoende stil bij de keuze het lichaam wel of niet te willen zien. Laat je hierbij bijvoorbeeld begeleiden door een familielid of vriend of een hulpverlener. Slachtofferhulp kan je helpen hier zo goed mogelijk op voorbereid te zijn.
Het is vaak mogelijk om een tastbare herinnering van je dierbare te ontvangen, bijvoorbeeld een lok haar of een vingerafdruk. Zo’n tastbare herinnering kan enorm veel steun bieden. Ga hierover in gesprek met de uitvaartverzorger. Wanneer het om wat voor reden dan ook helemaal niet mogelijk is om fysiek afscheid te nemen, bestaat dan soms de mogelijkheid om beschikbare foto’s uit het dossier van de overledene te bekijken door middel van een zogenaamde “fotoschouw”. Onder professionele begeleiding kan dit helpend zijn voor het verwerkingsproces. Slachtofferhulp Nederland kan je helpen bij het in kaart brengen van de mogelijkheden hiervoor en je in dit proces begeleiden.
Dossiers inzien
Wil je als nabestaande meer weten over de omstandigheden waaronder je dierbare om het leven is gekomen? Of heb je twijfels over de doodsoorzaak? Bespreek je zorgen dan met een familieagent. Zij kunnen je twijfel neerleggen bij de forensisch- en tactisch rechercheurs die aan het onderzoek gewerkt hebben. Zij komen bij je terug met een verklaring of een gesprek.
Mocht je nog steeds twijfel houden, dan kun je een verzoek tot dossierinzage indienen bij de politie en/of het Openbaar Ministerie (OM). Dit doe je in de regio waar je dierbare is overleden of waar zijn of haar lichaam is aangetroffen. Politie en OM zijn op basis van hun geheimhoudingsplicht niet verplicht om deze inzage te verlenen. Toch willigen zij het verzoek waarschijnlijk in als het goed is onderbouwd en als zij inschatten dat het bijdraagt aan de verwerking van de nabestaanden. Nabestaanden worden meestal uitgenodigd op het politiebureau of het parket (het kantoor van het Openbaar Ministerie in de hoofdplaats van een rechtbank) voor een gesprek waarbij zij (delen van) het dossier kunnen inzien.
Zijn er derden betrokken bij het overlijden van je dierbare? Dan wegen ook de privacybelangen van deze betrokkenen mee omdat hun persoonlijke gegevens in het dossier voorkomen. In dit geval beoordeelt het OM of de belangen van jou als nabestaande, zoals rouw- en traumaverwerking, zwaarder wegen dan de privacybelangen van derden. In sommige gevallen kan er ook een ontmoeting met derden plaatsvinden, als deze daarmee instemmen. Deze mogelijkheid kun je met je contactpersoon bij de politie bespreken. Het inzien van het dossier kan erg pijnlijk zijn. Het is mogelijk een medewerker van Slachtofferhulp Nederland mee te vragen ter ondersteuning.
Rouwen na een zelfdoding
De manier waarop jij je verdriet ervaart is uniek. Persoonlijke ervaringen, relaties en levensomstandigheden maken dat een verlies voor iedereen anders is. Er is geen juiste of verkeerde manier van rouwen en voor rouwen staat geen tijd. De meeste mensen zoeken en vinden steun in hun omgeving, laten het verlies langzaam doordringen en gaan uiteindelijk, soms na een langere tijd, in een nieuwe vorm weer verder met hun leven. Dit doet iedereen op zijn eigen tempo en op zijn eigen manier. In tijden van rouw is het belangrijk dat je doet waar jij je comfortabel bij voelt, dat recht heb je. Het gaat er niet om dat je doet wat hoort, maar dat je doet wat je hart je ingeeft. Als het maar aansluit bij wie je bent.
Rouw en kinderen
“Wat vertel ik mijn kinderen?” Deze vraag wordt vaak gesteld na de zelfdoding van een dierbare. Het antwoord is: de waarheid, in woorden die aansluiten bij de leeftijd van het kind. Wanneer we over kinderen spreken, bedoelen we hiermee zowel kleine kinderen als jongeren. Veel volwassenen denken dat je kinderen beschermt door de waarheid over de doodsoorzaak niet te vertellen. Meestal is het tegenovergestelde waar. De waarheid verdraaien of fabeltjes vertellen over de manier waarop iemand gestorven is, doet vaak meer kwaad dan goed. Nare details kun je achterwege laten, maar wees wel eerlijk. Als kinderen eraan toe zijn, komen ze zelf met vragen die ze bezighouden. Het is dan belangrijk dat je zo open en eerlijk als mogelijk antwoordt.
Als een kind de waarheid van iemand anders moet horen, kan het vertrouwen tussen ouder en kind zoekraken. ‘Niet weten’ kan ook angstaanjagend en pijnlijk zijn. Vaak neemt de fantasie het dan over en maakt het kind het veel erger dan het is. Bovendien kan het niet inlichten van kinderen hun rouwproces moeilijker maken. Slachtofferhulp Nederland kan je adviseren over hoe je je kinderen kunt ondersteunen na een zelfdoding.
Het rouwproces van kinderen
Hoe kinderen kunnen en mogen rouwen, heeft een belangrijke invloed op hun verdere ontwikkeling. Soms vertonen kinderen tijdens hun rouwproces tekenen van regressie. Ze keren dan terug naar een eerdere ontwikkelingsfase. Zo kan het dat je kind dat al jaren niet meer in bed plast, dat ineens wel weer doet. Hierover hoef je je geen zorgen te maken. Het is normaal en hoort bij het rouwproces van je kind.
Rouwreacties van kinderen
Afscheid nemen van een dierbare gaat gepaard met intense emoties. Dat geldt voor zowel kinderen als volwassenen. Een kind uit deze emoties echter op een manier die volwassenen niet altijd goed begrijpen. Zo kan een kind het ene moment uitbarsten in een heftige huilbui en het andere moment weer blij spelen in de tuin. Het kan ook zijn dat een tiener liever met vrienden over het verlies praat dan met de eigen ouders. Ook dat is gezond en kan onderdeel zijn van de leeftijdsfase waar ze in zitten.
Net als volwassenen, hebben kinderen tijd nodig om hun eigen reacties en gevoelens te begrijpen. Vaak kennen kinderen echter minder manieren om hun emoties te uiten. Ze kunnen verwarrende gevoelens verbergen met hun gedrag, dat bijna gewoon lijkt. Vanzelfsprekend rouwen kinderen ook, al lijken ze niet verdrietig en gedragen ze zich niet zoals we als volwassene van hen zouden verwachten.
De rouwreacties van kinderen komen grotendeels overeen met die van volwassenen: de schok, het ongeloof, het laten doordringen van het verlies, kwaadheid of angst. Maar kinderen voelen zich ook vaak verlaten of schuldig. Ze stellen zichzelf vaak vragen als “Was ik niet lief genoeg?”, “Was ik niet de moeite waard om voor te blijven leven?”. Daarom is het belangrijk dat je kinderen zoveel mogelijk bij hetgeen is gebeurd betrekt en op hun eigen manier laat ervaren wat er aan de hand is.
Hoe kan ik mijn kinderen helpen rouwen?
Zorg dat je kinderen zich veilig voelen om hun gevoelens te uiten. Hun gevoelens mogen er zijn, zonder dat ze daarvoor veroordeeld worden. Laat ze weten dat je hen als ouder steunt om met deze ervaring om te gaan. Praat gewoon over de overledene, verzwijg hem of haar niet. Praat ook over jouw gevoelens. Als je verdrietig lijkt of huilt, leg uit waarom. Leg uit dat je verdrietig bent en dat deze onplezierige gevoelens niets met hen te maken hebben, maar dat je aan het rouwen bent. Je kunt kinderen helpen rouwen door hen jouw tranen te laten zien, door samen met hen te huilen en door hen te laten weten dat het normaal is om geschokt te zijn. Pak ook zo snel mogelijk de dagelijkse structuur weer op. Kinderen voelen zich veilig bij een duidelijk en bekend ritme. Het is een goed idee om de school van je kinderen op de hoogte te brengen van het overlijden. Vertel je kinderen ook dat je de school op de hoogte brengt. Dat schept voor iedereen duidelijkheid.
Rouwen op de werkvloer
Als je een dierbare moet missen, verdwijnt het werk vaak naar de achtergrond. Je hebt andere prioriteiten en gedachten waardoor je je niet goed kunt concentreren en werken moeilijker wordt. Zowel jouw werkgever, bedrijfsarts als je collega’s kunnen een belangrijke rol spelen in jouw ondersteuning. Maar vaak weten collega’s of werkgevers niet zo goed hoe ze dat moeten doen. Durf daarom te praten met je collega’s, je leidinggevende en bedrijfsarts. Vertel duidelijk hoe je je voelt en wat er in je omgaat. Probeer je verdriet niet te af te zwakken en geef aan waar je behoefte aan hebt. Misschien heb je behoefte aan meer flexibiliteit, andere uren of thuiswerken? Ga een open gesprek aan en kom op voor je rechten als nabestaande. Wanneer je weer aan het werk gaat, zou je ervoor kunnen kiezen je directe collega’s bij elkaar te roepen om je verhaal met hen te delen. Dat geeft jou steun en je voorkomt dat je collega’s onderling speculeren over wat er gebeurd is.
Veel voorkomende emoties
Als nabestaande heb je veel gemeenschappelijk met andere rouwenden. Maar er zijn ook verschillen. Meer dan in een ander rouwproces zal je op zoek zijn naar motieven en verklaringen van de zelfdoding. Hieronder lichten we de specifieke rouwthema’s toe waarmee je te maken kunt krijgen. Het is mogelijk dat je al deze emoties en gedachten zeer intens, tegelijkertijd en soms als tegenstrijdig ervaart. Het kan ook zijn dat je deze gevoelens helemaal niet voelt of dat ze pas later opkomen. Iedereen rouwt op zijn eigen unieke manier.
Schok en ongeloof
Een verlies door zelfdoding brengt een immense schok met zich mee. Zeker wanneer jij degene bent die je dierbare gevonden heeft of als je getuige was van de zelfdoding. Bij een zelfdoding is het niet ongewoon dat deze fase van het rouwproces langer duurt.
Angst en suïcidale gedachten
Je kunt bang zijn voor hoe het leven eruit ziet zonder je dierbare. Donkere gedachten komen en gaan en horen bij elk rouwproces. Maar als je merkt dat jouw angst en verdriet zich beginnen te vertalen in suïcidale gedachten, is het belangrijk om actief hulp te zoeken. Niet alleen bij vrienden en familie, maar ook bij professionele hulpverleners. Een rouwproces is ontzettend zwaar. Het is dan ook normaal dat je dit niet alleen kunt. En dat hoeft ook niet.
Schuldgevoelens
Schuldgevoelens horen bij het rouwproces. Je verwijt jezelf dat je de zelfdoding niet hebt kunnen voorkomen, dat je signalen niet hebt herkend of dat je iets gedaan hebt wat de zelfdoding mede heeft veroorzaakt. “Had ik maar…” Sommige nabestaanden verwijten zichzelf dat zij nog wel leven. Ook deze fase hoort bij het rouwproces en is normaal. Toch is het belangrijk dat je uiteindelijk inziet dat je niks verkeerd hebt gedaan. Jij bent niet persoonlijk verantwoordelijk voor het overlijden van je dierbare; de oorzaken van een zelfdoding zijn zeer complex en lang niet altijd te begrijpen.
Boosheid en verlatenheid
Schuldgevoelens gaan nog wel eens gepaard met boosheid. Het kan bijvoorbeeld gebeuren dat je kwaad wordt op jezelf. Maar ook op de overledene die jou achterlaat met de emotionele pijn. Ook kan je anderen in de omgeving verwijten te weinig gedaan te hebben. Of kan je boos zijn op politie of de media die je privacy schenden of weinig respectvol berichten over de zelfdoding. Wees niet te hard voor jezelf (en voor anderen) en neem het jezelf vooral niet kwalijk dat je boos bent.
Opluchting
Het kan zijn dat je na een tijdje een gevoel van opluchting ervaart. Dat lijkt misschien heel ongewoon, maar dat is het zeker niet. Ongeveer 1 op de 10 nabestaanden ervaart dit gevoel. De redenen hiervoor zijn, net zoals bij elk rouwproces, heel verschillend. Zo kan het dat je grote problemen hebt ervaren die nu een beetje wegvallen. Wat de reden van de opluchting ook is, het is zeker niets om je slecht over te voelen.
Vooroordelen, schaamte en taboe
Vaak ervaar je als nabestaande het vooroordeel en het taboe dat rust op zelfdoding. Je merkt dat de omgeving het overlijden of jou vermijdt. Hierdoor krijg je vaak de neiging het onderwerp uit de weg te gaan en er nog minder over te spreken. Tegelijkertijd kan het gebeuren dat je jezelf gaat isoleren van je omgeving. Tijd nemen voor jezelf is belangrijk, maar contact met de buitenwereld ook. Zoek aansluiting bij mensen die je wel begrijpen of je open benaderen. Sluit jezelf dus vooral niet op.
Herstel en geluk
Een rouwproces hoeft niet altijd alleen uit negatieve emoties te bestaan. Samen met naasten mooie herinneringen ophalen aan de overledene kan bijzonder helend werken. Verlieservaringen helpen ons ook om intenser te leven en meer te genieten van de kleine dingen. Steeds vaker geluk kunnen toelaten, ondanks het verdriet: ook dat is rouwen.
Tijd voor jezelf nemen
Omkijken naar jezelf kan betekenen dat je tijd wil doorbrengen in het gezelschap van vrienden bij wie je jezelf kan zijn en bij wie je openlijk je gevoelens kan uiten. Naast praten over het verlies, kan de behoefte aan rust en alleen zijn minstens even belangrijk zijn. Constant in gezelschap van anderen zijn, kan je soms zelfs beter vermijden. Zeker als je zodanig druk bezig bent met anderen te ondersteunen, dat je je eigen rouwbehoeften ondergeschikt maakt. Het constant in de weer willen zijn met je werk of je focussen op andere taken is vaak een manier om je eigen rouw voor je uit te schuiven en je verdriet te onderdrukken. Probeer op zoek te gaan naar een goede middenweg tussen je persoonlijke behoeften en die van anderen.
Creatief en actief bezig zijn
Creatief omgaan met je verdriet kan je helpen bij het rouwproces. Denk aan het maken van filmpjes, het bijhouden van een dagboek of het schrijven van liedjes, gedichten en verhalen. Het uitschrijven van gedachten en emoties helpt vaak om verwarde gevoelens op een rijtje te zetten. Er is niets mis met het bezig zijn met herinneringen aan je dierbare, zolang het blijft bijdragen aan de verwerking van je verdriet. Ook actief blijven en dingen doen helpt om je gedachten te verzetten en om te gaan met gevoelens van angst en bezorgdheid. Dit kunnen hele eenvoudige activiteiten zijn zoals iemand opbellen, een wandeling maken, een brief schrijven of een boek lezen. Sommige nabestaanden zetten zich op termijn ook actief in voor suïcidepreventie, bijvoorbeeld in de wijk, stad of landelijk.